donderdag 14 april 2022
om 19.00
Witte Donderdag, Heilig avondmaal en Voetwassing
Voorganger(s): Ds. Henriëtte Nieuwenhuis
Tekst(en): Exodus 12: 14-20/ Johannes 13: 1-15/Johannes 14:27-31
Ouderling(en): Ernst Haagsman
Organist: Joop Agelink
Orde van dienst
PG 's-Heerenberg-Zeddam
14 april 2020, 19.00 uur
Voorganger: ds.Henriëtte Nieuwenhuis
Ouderling: Ernst Haagsman
Diaken: Else Kaiser,Joriek Lokhorst, Marjolein Koelman
Kerkrentmeester; Anneke Borkus
Lector: Els Foppen
Organist: Joop Agelink
Koster & techniek: Annemieke en Peter van der Weerd
U kunt de orde van dienst hier downloaden. Als u deze dan uitprint, kunt u de dienst
op het hele scherm van uw computer, tablet of telefoon zien.
= = = = = = = = = = = = = = = = == = = = = = = = = = = = = = = = == = = = = = = = = = = =
ORDE VAN DIENST
Protestantse gemeente ’s-Heerenberg-Zeddam
Witte Donderdag
Avondmaal en Voetwassing
14 april 2022
Voorganger: ds. Henriëtte Nieuwenhuis
Orgel: Joop Agelink
TOELICHTING
Na de voorbereidingstijd van veertig dagen begint vanavond het Paasfeest op de avond van Witte Donderdag. Met het vallen van de avond beginnen de drie dagen van Pasen.
In één beweging vieren wij deze dagen het lijden, sterven en de opstanding van Jezus. In
deze dienst van Schrift en Tafel gedenken we dat Jezus in de nacht van de overlevering de Pesach-maaltijd vierde met zijn vrienden, het feest van de bevrijding uit Egypte. Daarom heeft deze dienst, hoe ingetogen ook, een feestelijk karakter. Voor het eerst sinds het begin van de Veertigdagentijd wordt weer een loflied gezongen.
Pas aan het einde van de viering van het avondmaal, zien we dat het feest van het delen
van brood en wijn ook de opmaat is naar de Goede Vrijdag. Juist deze dag gedenken we
dat het om het laatste avondmaal gaat. Daarom wordt dan de avondmaalstafel toegedekt en de kaarsen gedoofd. We wisselen, zou je kunnen zeggen, van decor en markeren de overgang naar de verstilling van de dag van Jezus’ sterven.
Aan het einde ontbreekt de zegen: zo wordt benadrukt dat het in deze drie dagen om één dienst gaat. Op Stille Zaterdag klinkt pas de zegen.
SAMENKOMEN
Orgelspel
Woord van welkom – door de ouderling
Aansteken van de kaarsen
Toelichting bloemstuk
Inleiding en vredesgroet
V: (inleiding)
V: Shalom, Gods vrede met jou! (We wensen elkaar vrede)
V: Breng dank aan God, want Hij is goed.
A: Zijn liefde duurt tot in eeuwigheid.
Tussentijds 157: alle verzen (melodie: ‘Wilt heden nu treden’)
2 Hoe hadden wij onze bestemming vernomen,
was Jezus de weg niet ten eind' gegaan?
Wie zouden wij zijn, als Hij niet was gekomen
om in zijn lichaam onze dood te doorstaan.
3. Hoe zouden wij ooit voor elkaar kunnen leven,
had Hij ons de liefde niet voorgeleefd,
die tot de dood zich prijs heeft willen geven,
die, Zoon van God, ons aller slaaf is geweest.
4. Gij eerste der mensen, die weerloos en eenzaam
als graan in de aarde gestorven zijt,
Gij wordt ons brood, maak ons met U gemeenzaam,
van harte maak tot wederdienst ons bereid.
Gebed van ontferming
Heer, Gij nodigt ons aan uw tafel,
U komt om ons te dienen –
A: aanvaard ons zoals we zijn.
Christus, Gij maakt uzelf tot paaslam,
voor ons ten offer gebracht –
A: aanvaard ons met onze fouten.
Heer, Gij reikt ons de hand,
uw liefde bedekt onze schuld –
A: aanvaard ons met ons verlangen.
Zo bidden en zingen wij samen:
Lied 547: 2
Glorialied 103e (3 keer)
DIENST VAN HET WOORD
Gebed bij de opening van de Schrift
Schriftlezing: Exodus 12: 14-20
Die dag moet voortaan een gedenkdag zijn, die je moet vieren als een feest ter ere van de HEER.
Dit voorschrift blijft voor altijd van kracht, alle komende generaties moeten die dag vieren.
Eet dan zeven dagen lang ongedesemd brood, en verwijder meteen op de eerste dag
alle zuurdesem uit jullie huizen; wie op een van die zeven dagen iets eet dat zuurdesem bevat,
moet uit de gemeenschap van Israël gestoten worden. De eerste en zevende dag zijn heilige dagen die jullie samen moeten vieren. Die beide dagen mag er geen enkele bezigheid verricht worden, jullie mogen alleen het voedsel bereiden dat ieder nodig heeft. Dit voorschrift blijft voor altijd van kracht. Generatie na generatie moeten jullie het feest van het Ongedesemde brood vieren, omdat Ik jullie die dag, in groepen geordend, uit Egypte heb geleid. Van de avond van de veertiende dag van de eerste maand tot de avond van de eenentwintigste dag van die maand moeten jullie ongedesemd brood eten. Gedurende die zeven dagen mag er geen zuurdesem in jullie huizen te vinden zijn; iedereen die iets eet dat zuurdesem bevat, moet uit de gemeenschap van Israël gestoten worden, of het nu een vreemdeling is of een geboren Israëliet. Eet niets dat met zuurdesem bereid is; eet uitsluitend ongedesemd brood, waar jullie ook wonen.”’
Lied 81: 1,2,3,8
Schriftlezing: Johannes 13:1-15
Het was kort voor het pesachfeest. Jezus wist dat zijn tijd gekomen was en dat Hij uit de wereld terug zou keren naar de Vader. Hij had de mensen die Hem in de wereld toebehoorden lief, en zijn liefde voor hen zou tot het uiterste gaan. Jezus en zijn leerlingen hielden een maaltijd. De duivel had intussen Judas, de zoon van Simon Iskariot, ertoe aangezet om Jezus uit te leveren. Jezus, die wist dat de Vader Hem alle macht had gegeven en dat Hij van God was gekomen en weer naar God terug zou gaan, stond tijdens de maaltijd op. Hij legde zijn bovenkleed af, sloeg een linnen doek om en goot water in een waskom. Hij begon de voeten van zijn leerlingen te wassen, en droogde ze af met de doek die Hij omgeslagen had. Toen Hij bij Simon Petrus kwam, zei deze: ‘U wilt toch niet mijn voeten wassen, Heer?’ Jezus antwoordde: ‘Wat Ik doe, begrijp je nu nog niet, maar later zul je het wel begrijpen.’ ‘O nee,’ zei Petrus, ‘míjn voeten zult U niet wassen, nooit!’ Jezus zei: ‘Als Ik ze niet mag wassen, kun je niet bij Mij horen.’ ‘Dan niet alleen mijn voeten, Heer,’ antwoordde Simon Petrus, ‘maar ook mijn handen en mijn hoofd!’ Hierop zei Jezus: ‘Wie gebaad heeft hoeft alleen nog zijn voeten te wassen, hij is al helemaal rein. Jullie zijn dus rein – maar niet allemaal.’ Hij wist namelijk wie Hem zou uitleveren, daarom zei Hij dat ze niet allemaal rein waren.
Toen Hij hun voeten gewassen had, deed Hij zijn bovenkleed aan en ging weer naar zijn plaats. ‘Begrijpen jullie wat Ik gedaan heb?’ vroeg Hij. ‘Jullie zeggen altijd “meester” en “Heer” tegen Mij, en terecht, want dat ben Ik ook. Als Ik, jullie Heer en jullie meester, je voeten gewassen heb, moet je ook elkaars voeten wassen. Ik heb een voorbeeld gegeven; wat Ik voor jullie heb gedaan, moeten jullie ook doen.
Lied 568a (3 keer)
Overweging
Lied 377: alle verzen
DIENST VAN DE TAFEL
Gebeden (voorbeden en stilgebed)
Inzameling gaven, ondertussen orgelspel
- Diaconie: Stichting Het Passion, Hummelo
- Kerk: eredienst
Gedicht ‘Voetwassing’ (Jaap Zijlstra)
U hebt uw handen vuil gemaakt
aan onze voeten,
wij overwegen nog
of wij wel samen
aan één tafel zullen gaan.
Breng ons te binnen
het gebroken brood,
het geheim van het graan,
het geeft zich aan de aarde,
sterft,
breekt uit in leven.
En laat ons niet ontgaan
de klare wijn
van uw woorden,
maak ons tot ranken
aan U, wijnstok van liefde.
Wij zijn maar vluchtige mensen,
laat ons weer wonen
onder één dak,
breng ons weer thuis bij U aan tafel.
Ritueel van de handwassing
Ondertussen zingen wij: lied 833 (totdat iedereen de handen gewassen heeft)
Tafelgebed
Gezegend zijt Gij levende God
omwille van Hem de zoon van de mensen,
woord en gestalte van uw heerlijkheid,
beeld en gelijkenis van uw trouw,
die werd vernederd en gebroken,
die werd verheven in uw licht,
die wordt gehoord, die wordt geleefd,
die komen zal in deze wereld,
die ons een nieuwe naam zal geven,
die onze weg is door de dood,
die wij herkennen, die wij verkondigen
hier in het breken van het brood
Instellingswoorden uit Lucas
Toen het de tijd was, ging Hij samen met de apostelen aanliggen voor de maaltijd.
Hij zei tegen hen: ‘Ik heb er hevig naar verlangd dit Pesachmaal met jullie te eten voor de tijd van mijn lijden aanbreekt. Want Ik zeg jullie: Ik zal geen Pesachmaal meer eten totdat het zijn vervulling heeft gekregen in het koninkrijk van God.’
En Hij nam een beker, sprak het dankgebed uit en zei: ‘Neem deze beker en geef hem aan elkaar door. Want Ik zeg jullie: vanaf nu zal Ik niet meer drinken van de vrucht van de wijnstok tot het koninkrijk van God gekomen is.’
En Hij nam een brood, sprak het dankgebed uit, brak het brood,
deelde het uit en zei:
‘Dit is mijn lichaam,
dat voor jullie gegeven wordt.
Doe dit, telkens opnieuw,
om Mij te gedenken.
Zo nam Hij na de maaltijd ook de beker, en zei:
‘Deze beker, die voor jullie wordt uitgegoten,
is het nieuwe verbond, dat door mijn bloed gesloten wordt.’
Als wij dan eten van dit brood
en drinken uit de beker
verkondigen wij de dood des Heren
totdat Hij komt.
Onze Vader
Delen van Brood en Wijn
Stilte
Dankzegging
De tafel wordt afgedekt, de kaarsen worden gedoofd, de stola afgelegd en de lampen gedempt
UITEENGAAN
Schriftlezing: Johannes 14:27-31
Ik laat jullie vrede na; mijn vrede geef Ik jullie, zoals de wereld die niet geven kan. Maak je niet ongerust en verlies de moed niet. Jullie hebben toch gehoord dat Ik zei dat Ik wegga en bij jullie terug zal komen? Als je Me liefhad zou je blij zijn dat Ik naar mijn Vader ga, want de Vader is meer dan Ik. Ik vertel jullie dit nu, voordat het gebeurt, zodat jullie het geloven wanneer het zover is. Ik kan niet lang meer met jullie spreken, want de heerser van deze wereld is al onderweg. Hij heeft geen macht over Mij, maar zo zal de wereld weten dat Ik de Vader liefheb en doe wat de Vader Me heeft opgedragen. Kom, laten we hier weggaan.’
Slotlied 571: alle verzen
Avondgebed
V: Heer blijf bij ons, want het is avond en de nacht zal komen.
A: Blijf bij ons en bij Uw ganse kerk aan de avond van de dag aan de avond van het leven aan de avond van de wereld.
V: Blijf bij ons met Uw genade en goedheid met Uw troost en zegen met Uw Woord en Sacrament.
A: Blijf bij ons, wanneer over ons komt de nacht van beproeving en angst,
de nacht van twijfel en aanvechting, de nacht van de strenge bittere dood.
V: Blijf bij ons in leven en sterven in tijd en eeuwigheid.
A: Amen
We verlaten de kerk in stilte
|