woensdag 15 september 2021 om 19:30

Woensdagavondgebed live uitzending vanuit Gendringen
Voorganger(s): ds. Theo Menting, ds. Gerjanne van der Velde
Tekst(en):  1 Petrus 5 : 5-11
Organist: Wessel Springer

PROTESTANTSE GEMEENTEN
Silvolde, Etten-Terborg-Ulft, ’s-Heerenberg-Zeddam, Gendringen-Bontebrug

WOENSDAGAVONDGEBED
15 september 2021
vanuit de protestantse kerk in Gendringen

19.30 uur - uitzending via www.kerkdienstgemist.nl

voorgangers:  ds. Theo Menting, ds. Gerjanne van der Velde
organist:
U kunt de orde van dienst hier downloaden
Als u deze dan uitprint kunt u de dienst op het hele scherm van uw computer, tablet of telefoon zien. 

 

 

 

 


Orgelspel

Stilte

Welkom en aansteken van de kaarsen

Openingsvers

V.         God, behage het u mij te redden.
A.        Heer, kom mij haastig te hulp.
V.         Eer zij de heerlijkheid Gods:
            Vader, Zoon en heilige Geest.
A.        Zo was het in den beginne,
            zo zij het thans en voor immer,
            tot in de eeuwen der eeuwen. Amen.

Hymne - LB 275

Psalmgebed - Psalm 15

Antifoon:
A.        Heer, wie mag toeven binnen uw tent,
            wie wonen op uw heilige berg?

Heer, wie mag toeven binnen uw tent,
wie wonen op uw heilige berg?

die wandelt oprecht en gerechtigheid doet,
die de waarheid hartgrondig belijdt,
die niet rondbrengt wat hem op de tong komt.
Zijn medemens brengt hij geen kwaad toe,
hij laadt geen smaad op zijn naaste.

De nietswaardige ziet hij met verachting,
maar die de Heer vrezen, hen eert hij.

Zwoer hij tot zijn schade,
hij wijzigt het niet;

hij leent zonder rente te vragen,
neemt niets aan tegen wie in zijn recht staat.

Die aldus handelt,
hij zal niet wankelen in eeuwigheid.

Eer zij de heerlijkheid Gods:
Vader, Zoon en heilige Geest.

Zo was het in den beginne,
zo zij het thans en voor immer;
tot in de eeuwen der eeuwen. Amen.

A.        Heer, wie mag wonen binnen uw tent,
            wie wonen op uw heilige berg?

Orgelspel

Schriftlezing - 1 Petrus 5: 5 - 11

Ik doe een beroep op de oudsten onder u.
Als uw mede-oudste en als ooggetuige van Christus’ lijden, en omdat ik evenals u zal delen in de luister die binnenkort zal worden geopenbaard, vraag ik u: Hoed Gods kudde waarvoor u de verantwoordelijkheid hebt, houd goed toezicht - niet gedwongen maar vrijwillig, zoals God dat wil, en niet om er zelf beter van te worden maar met belangeloze toewijding.
Stel u niet heerszuchtig op tegenover de kudde die aan u is toevertrouwd, maar geef het goede voorbeeld. Dan zult wanneer de hoogste herder verschijnt de krans van de luister ontvangen, die nooit verwelkt.
En u, jongeren, moet van uw kant het gezag van de oudsten erkennen. Overigens, in de omgang met elkaar moet ieder van u altijd de minste willen zijn, want God keert zich tegen hoogmoedigen, maar aan nederigen schenkt hij zijn genade.
Onderwerp u dus nederig aan Gods hoogste gezag, dan zal hij u op de bestemde tijd een eervolle plaats geven.
U mag uw zorgen op hem afwentelen, want u ligt hem na aan het hart.
Wees waakzaam, wees op uw hoede, want uw vijand, de duivel, zwerft rond als een brullende leeuw op zoek naar een prooi.
Stel u tegen hem teweer, gesterkt door uw geloof in het besef dat uw broeders en zusters, waar ook ter wereld, onder hetzelfde leed gebukt gaan.
Maar al moet u nog korte tijd lijden, God, de bron van alle genade, heeft u geroepen om in Christus Jezus deel te krijgen aan zijn eeuwige luister.
God zal u sterk en krachtig maken, zodat u staande zult blijven en niet meer zult wankelen. Hem komt de macht toe, voor eeuwig. Amen.

Stilte

Lied - LB 721

Avondgebed

V.         Gij zijt in ons midden, Heer;
            Uw heilige Naam is over ons uitgeroepen.
A.        Verlaat ons niet, Heer, onze God.

V.         Uw stem heeft ons geroepen,
            uw woord heeft ons gemaakt.
A.        Leer ons uw woord verstaan.

V.         Als wij doof blijven voor U,
            en ons hart ons aanklaagt:
            schenk ons vergeving, Heer.
A.        Want Gij zijt groter dan ons hart.

V.         Om de verdeeldheid van ons hart,
            de nood die wij voorbijgingen,
            de vrede die wij niet brachten:
A.        Wij bidden U, Heer, ontferm U over ons.

V.         Moge de nacht over ons komen
            als een verademing,
            als de stilte, waarin uw rijk onmerkbaar groeit.
A.        Laat komen, Heer, uw rijk
            en uw gerechtigheid.

V.         Laat nu ons die u dienen gaan, o Heer,
            in vrede. Naar uw woord.
V.         In U hebben wij ons heil gezien.

V.         Behoed ons, Heer, als wij waken;
            bescherm ons als slapen.
A.        Opdat wij waken met Christus
            en mogen rusten in vrede.

V.         Onze hulp is in de Naam van de Heer
A.        Die hemel en aarde gemaakt heeft.

V.         Laat ons bidden….

A.        Onze Vader die in de hemel zijt
            uw Naam worde geheiligd,
            uw koninkrijk kome,
            uw wil geschiede
            gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.
            Geef ons heden ons dagelijks brood
            en vergeef ons onze schulden
            gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren.
            En leid ons niet in verzoeking
            maar verlos ons van de boze.
            Want van U is het koninkrijk,
            en de kracht en de heerlijkheid.
            Tot in eeuwigheid. Amen.

Avondlied - LB 248

Zegenwens

V.         De Heer schenke ons zijn zegen,
            Hij beware ons voor onheil
            en geleide ons tot eeuwig leven.
A.        Amen.

V.         Loven wij de Heer.
A.        Wij danken God.

Orgelspel


 

 

 

 

 

 

 

 

terug